22 april 2014
|
Door:
Susanne
Aantal keer bekeken
325
Aantal reacties
Maun,
Botswana
a
A
Botswana
We gaan bij Kazungula de grens over met Botswana. Dit is de kortste grens van die wereld. Het is namelijk maar 750 meter waar Zambia aan Botswana grenst door middel van de zambezi rivier. Na wat stempels en betalingen gaan we met de ferry over. Wat door velen als een verschrikkelijke grensovergang ervaren wordt en door mensen ons geadviseerd was 300 km om te rijden om deze overgang maar te mijden, ging bij ons gelukkig probleemloos.
En daar staan we dan aan de overkant van de rivier, in Botswana. Het land waar ik 19 jaar geleden was toen ik voor het eerst een reis naar Afrika maakte. We zijn toen o.a. door Savuti gegaan, een plek wat vaak moeilijk begaanbaar is en waar je kunt kamperen in totale wildernis midden in het Chobe wildpark met grote kans op wilde dieren bij je slaapplaats. Herald wil hier sindsdien al heen, maar onderweg hebben we al verhalen gehoord van hoog water, dus het is de vraag of het mogelijk is. We gaan dus meteen in Kasane uitzoeken of de wegen begaanbaar zijn. We hebben geluk, het water staat niet te hoog, dus we zouden er kunnen komen. Alleen worden we minder blij als we de prijzen horen die ze voor onze truck alleen al vragen om het park in te gaan. Als we twee nachten in Savuti willen slapen, kost ons dat in totaal ongeveer 1000 dollar! De droom valt dus een beetje in duigen.
De volgende dag gaan we als alternatief dus mee met een game drive en een bootsafari en genieten we van het landschap en de wilde dieren die we tegen komen. We rijden richting Nata en slapen bij Elephant sand. Een plek waar vaak olifanten komen drinken bij de waterplaats bij de camping. Inderdaad zien we een olifant 's nachts niet ver van de truck die we natuurlijk zo dicht mogelijk bij de waterplaats hadden gezet. De manager vertelt over het conservatie gebied wat een eindje verderop ligt. Dit is 12 jaar gesloten geweest en sinds november vorig jaar pas weer open. Het is mogelijk om daar te kamperen en gewoon ergens een slaapplaats uit te zoeken bij een waterplaats. We zouden de vierde mensen zijn die dat zouden gaan doen. Dat klinkt ons natuurlijk goed in de oren. Het gebied is grasland met lage begroeiing afgewisseld met open plekken en veel waterplaatsen. Vaak moeten we dwars door die waterplassen heen. We zien o.a. zebra's, giraffen en grote groepen van wel 40 olifanten. Het gebied grenst aan Hwange national park in Zimbabwe, waar geen hekken omheen staan, dus alle dieren hebben vrije toegang tot dit gebied.
'S middags zoeken we een mooi plekje aan een waterplaats waar we gaan slapen. We zitten op het dak van de truck en genieten van de totale wildernis. Het lijkt wel of het zo heeft moeten zijn dat Savuti niet te betalen was, anders waren we niet op deze plek geweest.
Daarna zijn we via de Makgadikgadi Pans, het grootste gebied met zoutpannen ter wereld, naar Maun gereden. Daar getwijfeld welke grensovergang we naar Namibië zouden nemen. We willen graag door de Kalahari naar Tsumkwe rijden, maar we kunnen geen informatie vinden over de conditie van de wegen daar en of het veel geregend heeft. We besluiten erheen te rijden en het daar te vragen. 30 km voor de afslag bij een benzinepomp aan 6 verschillende mensen gevraagd, maar ze weten niet eens dat er daar een grensovergang is! We rijden er dus maar heen en kijken wel of het te doen is. De weg begint wat modderig, maar het is wel te rijden. We rijden een heel stuk voordat we een tegenligger tegenkomen die we stoppen om te weten hoe de weg is. Heel erg slecht, modderig en glad. Nou, dat hebben we geweten inderdaad. Weer een knap stukje stuurmanskunst van Herald!
Zo ver je kunt kijken is het alleen maar bush, geen dorpjes, geen mensen en heel de dag maar 3 auto's. We zien olifantenpoep op de weg en ook olifantensporen. Op de kaart zien we zandduinen, maar het is zo groen dat je amper rood zand door het gras ziet. Als we een plek zoeken om wild te kamperen omdat we de grens toch niet meer halen, komen we bij een boom met een bordje erop, waarop staat: "trouble tree, shit for 11 km"! We besluiten dat we vandaag dus niet meer door rijden. We parkeren de truck bij de trouble tree en 's nachts regent het, wat de weg geen goed zal doen..... De volgende dag is inderdaad weer door moddersporen ploeteren en schuiven. We geven een lift aan 6 san mensen, ook wel bushman genoemd. Zij vertellen dat de weg alleen maar slechter wordt. Helaas hadden ze gelijk! Maar we hebben het toch gehaald en komen bij een grensovergang waar al drie dagen niemand was geweest. Heerlijk rustig dus. Wel een onverwachte venetaire grens en dus vleescontrole! Ik leid dus de politieambtenaar af en Herald verstopt ondertussen snel het vlees.